Categorie: Agenda
31 mei uitreiking Jeugdlintje
BRON: website Maastricht
Dit zoeken we
De gemeente Maastricht reikt het jeugdlintje uit op 31 mei 2024! En iedereen kan jonge helden nomineren. We zoeken kanjers van 6 tot en met 18 jaar die iets extra’s doen voor anderen of iets bijzonders hebben gepresteerd in Maastricht.
Nomineer jouw jonge held vóór 6 mei
Kandidaten moeten minimaal 6 en maximaal 18 jaar zijn. Ze mogen in Maastricht wonen, maar ook ergens anders. Wel moet hun inzet in Maastricht zijn.
Hun inzet kan van alles zijn. Bijvoorbeeld een oudere of zieke helpen. Geld ophalen voor een goed doel. Praten over geweld en discriminatie met leeftijdsgenoten. Iets belangrijks doen voor een muziek-, sport-, of culturele vereniging. Of een andere bijzondere prestatie. Dat kan alleen zijn of met een groep. Ter inspiratie lees je op onze pagina Winnaars Jeugdlintje welke kanjers eerder een jeugdlintje kregen.
21 juni +, 22 en 23 jun. 2024 Pinkpop
Megaland Landgraaf
Kaarten zijn te bestellen
21 juni:
MANESKIN
KEANE
AVRIL LAVIGNE
ROYAL BLOOD
YUNGBLUD
ACDA EN DE MUNNIK
BABYMETAL
CIAN DUCROT
NATHANIEL RATELIFF & THE NIGHT SWEATS
PALAYE
POLYPHIA
S10
POMMELIEN THIJS
SKINDRED
TINLICKER
AVIVA
DAGNY
FLEDDY MELCULY
KAWALA
MELL VF
NIEVE ELLA
JIRI11
22 juni
CALVIN HARRIS
NOTHING BUT THIEVES
ANOUK
LOUIS TOMLINSON
PENDULUM
AGAINST THE CURRENT
THE ANALOGUES
COREY TAYLOR
DE JEUGD VAN TEGENWOORDIG
DOUWE BOB
FROUKJE
JOHN COFFEY
LAUREN SPENCER SMITH
MATT MALTESE
OLIVER HELDENS
CHINCHILLA
DEAD PONY
JAMES MARRIOTT
LOTTERY WINNERS
PLOEGENDIENST
TORS
THE VICES
GIDEON LUCIANA
23 juni
ED SHERAN
SAM SMITH
HOZIER
LIMP BISKIT
GRETA VAN FLEET
CALUM SCOTT
DAVINA MICHELLE
DOOL
ILSE DE LANGE
THE INTERRRUPTERS
JAMES ARTHUR
JANE’S ADDICTION
LOREEN
MEUTE
SEA GIRLS
HEBRY MOODIE
CLOCKCLOCK
GUNMOLL
THE K’S
RUBY WATERS
TALK
YINYIN
WOO Wet open overheid
Bron: Overheid
Hoofdlijnen Wet open overheid
Iedereen heeft recht op informatie van de overheid. De Wet open overheid (Woo) regelt welke overheidsinformatie openbaar is en hoe iemand die kan aanvragen. Door de Woo moet duidelijker worden wat de overheid doet en waarom. Overheidsinformatie is openbaar, behalve als er een reden is waarom dat niet kan.
Doel van de Woo
Overheidsorganisaties moeten die informatie over wat zij doen en waarom, uit zichzelf geven of als iemand daarom vraagt. Zo kunnen burgers, maar ook bijvoorbeeld Kamerleden of journalisten, de overheid controleren. Openbaarheid is daarom belangrijk voor de democratie in ons land en voor het vertrouwen tussen de samenleving en de overheid. Een open overheid staat ook open voor wat er beter kan. Door het openbaar maken van informatie weten burgers waarom de overheid sommige keuzes maakt. Het helpt ook een samenleving te bereiken waarin iedereen mee kan doen.
Verplichtingen voor de overheid
De belangrijkste plichten die de overheid heeft volgens de Woo zijn:
- Actieve openbaarmakingsplicht: de overheid moet sommige informatie uit zichzelf openbaar maken;
- Openbaarmakingsplicht op verzoek: de overheid maakt informatie openbaar als iemand erom vraagt;
- Informatiehuishoudingsplicht: overheidsinformatie moet goed te vinden zijn.
Actieve openbaarmaking
De overheid moet uit zichzelf zoveel mogelijk informatie openbaar maken als dat zonder grote moeite of hoge kosten kan. Het moet ook nut hebben. Overheden beoordelen zelf welke documenten hieronder vallen.
Daarnaast staan in de Woo 17 soorten informatie die overheden uit zichzelf openbaar moeten maken. Deze verplichting wordt de komende jaren stap voor stap ingevoerd.
Soorten informatie die de overheid uit zichzelf openbaar moet maken
- Wetten en andere regels;
- Andere besluiten die voor iedereen gelden (besluiten van algemene strekking);
- Ontwerpen van wetten, voorschriften en besluiten waarover advies is gevraagd;
- Inzicht in de organisatie en werkwijze, zoals de taken en bevoegdheden van overheidsorganisaties;
- Hoe mensen de overheid kunnen bereiken en hoe zij informatie kunnen opvragen;
- Documenten bedoeld voor behandeling in de Kamer, de Provinciale Staten, de gemeenteraad of het algemeen bestuur van een waterschap;
- Vergaderstukken en verslagen van de Eerste en Tweede Kamer en hun commissies, en van de verenigde vergadering van de Staten-Generaal;
- Vergaderstukken en verslagen van Provinciale Staten, gemeenteraden en algemene besturen van waterschappen;
- Agenda’s en besluitenlijsten van de vergaderingen van de ministerraad, gedeputeerde staten, colleges van burgemeester en wethouders en dagelijkse besturen van waterschappen;
- Adviezen over ontwerpen van wetten en regels, en van adviescolleges (zoals het Adviescollege Toetsing Regeldruk) of adviescommissies (bijvoorbeeld van gemeenten);
- Afspraken van de overheid met andere organisaties, bijvoorbeeld met andere overheden, bedrijven of maatschappelijke organisaties (convenanten);
- Jaarplannen en jaarverslagen;
- Overeenkomsten voor het verstrekken van subsidies , bijvoorbeeld voor ontwikkelingshulp;
- Woo-verzoeken, met daarbij het besluit en de verstrekte informatie;
- Onderzoeksrapporten van ambtenaren of andere organisaties;
- Besluiten die de overheid neemt, zoals een vergunning voor een bedrijf of burger (beschikkingen);
- Schriftelijke oordelen in klachtprocedures.
De overheid maakt verschillende stukken nu ook al openbaar, zoals wetten. Voor sommige andere documenten moet dat meer gaan gebeuren. Het is de bedoeling dat de overheid naast deze 17 soorten, uit zichzelf zoveel mogelijk andere informatie openbaar maakt. Dat gebeurt in stappen, in de loop van de tijd.
Informatie die de overheid niet openbaar maakt
De overheid maakt informatie niet openbaar als openbaarmaking grote nadelen heeft of gevaar oplevert. Bijvoorbeeld voor de samenwerking binnen de regering of voor de veiligheid van de staat. Ook vertrouwelijke gegevens van bedrijven blijven geheim, net als privacygevoelige gegevens (bijvoorbeeld medische gegevens of informatie over iemands geloof of seksuele voorkeur). En wettelijke identificatienummers, zoals BSN of onderwijsnummer, krijgt niet iedereen.
Informatie wordt ook niet openbaargemaakt als dat te grote nadelen zou hebben voor andere belangen, zoals:
- de betrekkingen van Nederland met andere landen of internationale organisaties;
- de economische of financiële belangen van de overheid;
- de opsporing en vervolging van strafbare feiten;
- de controle en toezicht door de overheid;
- de persoonlijke levenssfeer (privacy);
- de bescherming van concurrentiegevoelige bedrijfsgegevens;
- de bescherming van het milieu;
- de beveiliging van personen en bedrijven en het voorkomen van sabotage;
- het goed functioneren van de overheid;
- onevenredige benadeling van een ander belang (dat is alleen zo in bijzondere gevallen).
Organisaties waarvoor de Woo geldt
De Woo geldt voor overheden, zoals de Rijksoverheid, provincies, gemeenten en waterschappen. En daarnaast onder andere voor de Tweede en Eerste Kamer, de Raad van State (behalve de Afdeling bestuursrechtspraak), de Algemene Rekenkamer en de Nationale ombudsman.
De Woo geldt ook voor organisaties of bedrijven die werken onder verantwoordelijkheid van de overheid. Bijvoorbeeld een wetenschappelijk instituut van een universiteit of een door een gemeente ingestelde commissie.
De Woo geldt niet voor overheden van Caribisch Nederland.
Verschillen tussen de Woo en de Wet openbaarheid van Bestuur (Wob)
- De Woo is de opvolger van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). De belangrijkste verschillen met de Wob zijn:
- De Woo wijst soorten informatie aan die de overheid uit zichzelf openbaar moet maken. Dat gebeurt in stappen, in de loop van de tijd;
- Persoonlijke opvattingen van ministers of ambtenaren worden vaker openbaar;
- De termijn voor afhandeling van een Woo-verzoek blijft 4 weken. Maar bij een groot of ingewikkeld verzoek kan die termijn met maximaal 2 weken worden verlengd. Onder de Wob was alleen verlenging met 4 weken mogelijk;
- Als informatie ouder dan 5 jaar niet openbaar wordt gemaakt, moet de overheid beter uitleggen waarom;
- Er is een Adviescollege openbaarheid en informatiehuishouding (ACOI) opgericht. Dat adviseert de regering en het parlement over openbaarheid en goed beheer van overheidsinformatie. Ook bemiddelt het ACOI over de manier waarop een overheidsorganisatie een verzoek om openbaarmaking van informatie behandelt;
- Overheidsorganisaties moeten hun (digitale) informatiehuishouding op orde hebben. Dat betekent dat ze goede regels en afspraken moeten hebben voor het gebruik en beheer van hun informatie.
De Woo en andere wetten
De Woo is een uitwerking van artikel 110 van de Grondwet. Daarin staat dat de overheid moet zorgen voor openheid en openbaarheid, en dat dat wettelijk is geregeld. Ook in andere wetten staan regels over openbaarmaking van informatie. Bijvoorbeeld in de Wet op de inlichtingen en veiligheidsdiensten 2017, de Archiefwet, de Algemene wet bestuursrecht, het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en het Wetboek van Strafvordering.
Een Woo-contactpersoon voor elke overheidsorganisatie
Iedere overheidsorganisatie moet minimaal 1 contactpersoon hebben die vragen kan beantwoorden over de informatie die beschikbaar is. De contactpersoon beantwoordt vragen om informatie die bijvoorbeeld via brieven, e-mails of telefoontjes binnenkomen. De contactpersoon geeft zelf zoveel mogelijk informatie, werkt samen met deskundigen binnen de organisatie en kan wetenschappers en journalisten doorverwijzen naar het Adviescollege openbaarheid en informatiehuishouding.
Wettekst
Lees de volledige tekst van de Wet open overheid op wetten.overheid.nl.